Rob Siekmann voetbalde zijn hele leven tot een knieblessure hem richting hardlopen duwde. | Foto Willemien Timmers
Rob Siekmann voetbalde zijn hele leven tot een knieblessure hem richting hardlopen duwde. | Foto Willemien Timmers

Hoe de leukste sport nóg aantrekkelijker kan - Rob Siekmann over voetbalregels

Sport

Oegstgeest staat al jaren bekend als 'Schrijversdorp'. 'Zo ongeveer om het andere huis heeft er wel iemand een boek geschreven', wordt er wel eens gekscherend gezegd. Eén van de redenen hiervoor is dat de talloze gepensioneerde hoogleraren, die eens in Oegstgeest neerstreken, er niet over peinzen om het rustiger aan te doen, maar project na project aanpakken.

Zo ook emeritus-hoogleraar internationaal en Europees sportrecht Rob Siekmann die zich vastbeet in de juridische kant van de voetbalspelregels en daar, na een uitgebreider werk voor zijn vakbroeders, ook een bijzonder handzaam boek over schreef voor alle voetballiefhebbers.
'De voetbalspelregels – Heden, verleden en voorstellen ter verbetering' heet het boek van Rob Siekmann waarvoor Marco van Basten het voorwoord schreef.

Praktijk

Siekmann, van hetzelfde bouwjaar als Johan Cruijff, is op sportgebied geenszins enkel een theoreticus of een passieve boekenwurm. Liever nog dan lezen over sport, is hij zelf in beweging. Sinds een knieblessure hem verhinderde om een lekker potje te kunnen voetballen, is hij verslingerd aan het hardlopen. "Aan alle recreatieve lopen in de regio van vijf en soms tien kilometer die op fietsafstand georganiseerd worden, doe ik mee. Enorm leuk om te doen. Zeker als de tijd van alle lopers nauwkeurig wordt bijgehouden, en je in je eigen leeftijdsklasse, voor mij is dat zeventig-plus, goed kunt meedoen in het klassement." Op deze manier leert Siekmann de gehele regio kennen. Lachend: "Inmiddels ben ik een buitengewoon ervaringsdeskundige over hoe je het beste een prestatieloop organiseert."
Rob Siekmann studeerde na de middelbare school Slavische Talen en Internationaal Recht in Leiden, en rolde door tal van factoren in zijn werkzame leven de kant van het sportrecht op. "Dat begon in de tijd van het Bosman-arrest. Een Belgische voetballer die in 1990 na het uitdienen van zijn contract, zijn vrijheid opeiste om van club te veranderen, zonder dat zijn nieuwe club daarbij een transfersom hoefde te betalen. In die tijd begon de juridische kant van sport steeds belangrijker te worden."

Ook op andere gebieden als matchfixing, dopinggebruik en bewust toegebracht letsel ging het sportrecht een grote rol spelen. Uiteindelijk werd Siekmann directeur van het ASSER International Sports Law Centre in Den Haag waar hij, zoals hij het zelf zegt 'een fijne onderzoekstijd had'. "In die tijd had je als wetenschapper nog alle ruimte om onderzoek te doen. Nu moet je vooraf je hele onderzoekstraject specificeren, terwijl je onmogelijk kunt weten wat je allemaal tegen gaat komen." Met veel plezier werd de Oegstgeestenaar aan het eind van zijn carrière ook nog hoogleraar internationaal en Europees sportrecht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
In zijn studeerkamer, tussen zijn grote verzameling sportboeken en kinderbedjes voor zijn regelmatig logerende kleinkinderen, vertelt Siekmann over zijn grootste passie: voetbal. "Voetbal is voor mij dè sport, waar allerlei mooie elementen in zitten."
Als jongetje van acht stond hij al met leeftijdsgenootjes op het veld bij VUC in De Haag, en later, toen hij in Leiden ging studeren, werd hij lid van de studentenvoetbalclub LSVV '70. In zijn werkzame jaren was hij betrokken bij het voetbal tussen de Universiteits-Bibliotheken. "Ik speelde toen nog zo soepel dat ik door mee-voetballende studenten werd gevraagd in UVS 3 mee te komen spelen." De linksback genoot van die jaren. "Mijn laatste voetbaljaren heb ik, net als mijn zoons, bij ASC gevoetbald. Op mijn 57e ben ik gestopt."

Sportrecht

Tijdens zijn jaren bij het Asser-centrum maakte Siekmann een internationale serie over sportrecht. "Ik heb mij altijd voorgenomen de spelregels van het voetbal wetenschappelijk te bestuderen, maar kwam daar nooit aan toe. Toen ik eenmaal met pensioen was, werd dat het eerste project dat ik aan ging pakken."
Vier jaar werkte hij aan het wetenschappelijke werk, dat in juni 2017 af was. De Nederlandse, zeer leesbare, samenvatting die nu in de boekhandel ligt, was drie maanden later gereed.
In het boek doet Siekmann een aantal voorstellen om het voetbal aantrekkelijker te maken, om te spelen én te kijken. "Wie vindt het nu niet storend dat het spel zo vaak stopt voor kleine overtredingen? Als je spelbederf er uit kunt zeven door bijvoorbeeld spelers vanwege een persoonlijke fout tijdelijk op een strafbank te zetten, heb je al veel gewonnen."
Een ander voorstel is de ingooi te vervangen door het indribbelen van de bal. "Op deze manier kan het spel direct verder."
"Ook is het een goed idee om bij een hoekschop de spelers te verbieden in het 5-meter gebied te komen. Dan heeft iedereen ruimte om te bewegen, en wordt het spel dynamischer."

Pionier

Rob Siekmann is in zijn vakgebied een pionier. Over spelregelvernieuwing wordt maar weinig op academisch niveau nagedacht.
Wie zich goed kan vinden in Siekmanns voorstellen en hoopt op verandering, moet een lange adem hebben. Enkel het internationale spelregelorgaan mag voetbalspelregels wijzigen en is bevoegd om experimenten toe te staan. Maar ondertussen is het érg leuk om tijdens de lange winteravonden met voetballiefhebbers te discussiëren over hoe het spelletje nòg leuker kan.

(Willemien Timmers)

Rob Siekmann - De voetbalspelregels: heden, verleden en voorstellen ter verbetering. (2010Uitgevers, Rotterdam)
14,95 euro.

Uit de krant

Uit de krant