Carmiggelt en Formule 1

Ik zit op een terras met vrienden. De discussie gaat over de Formule 1 op Zandvoort. Iemand zegt: ‘Ze moeten alle coronamaatregelen nu maar opheffen. Ik heb ondertussen recht op mijn vrijheid.’ De discussie verandert daarmee opeens van onderwerp. ‘Recht op vrijheid? Hoezo? Heb je wel ergens recht op?’

Hoe vaak gaat de gedachte door je heen: ‘Ik verdien beter. Ik heb recht op meer geluk, op meer geld enzovoort’ Het resultaat? Je wordt ontevreden. Je zien enkel wat je niet hebt. Je moppert en je klaagt. Is dat erg? Iedereen moppert toch wel eens? Thuisgekomen moest ik aan Simon Carmiggelt denken. Hij maakte in mijn jeugd diepe indruk op mij. Op televisie las hij met die grote ogen, die door zijn bril nog groter leken, met een weemoedige uitstraling, zijn columns voor. Ze werden eerst gepubliceerd in het Parool en heetten ‘kronkels’. Een van die verhalen ben ik nooit vergeten. Het gaat in mijn herinnering ongeveer op de volgende manier.

Simon Carmiggelt staat in de supermarkt bij de kassa. De man voor hem draait zich om en zegt: ‘Ik heb ruzie met mijn vrouw.’ ‘Oh.’ ‘Als ik mijn rekeningen betaal dan zet ik er altijd op: ‘bedankt voor de rekening’. Stuurt mijn garage een rekening, dan bel ik ze op en zeg: ‘jongens, bedankt voor de rekening.’ Weet u meneer Carmiggelt, ik liep altijd te mopperen. Ik zag alleen nog wat ontbrak in mijn leven. Waar ik recht op had, maar wat ik niet kreeg. Nu zet ik ‘bedankt’ op de rekening. En ik zie hoe goed ik het eigenlijk heb. Want ik bof toch maar. Ik kan mijn rekeningen makkelijk betalen. Ik heb financieel geen zorgen. Ik ben gezond. Hoeveel mensen kunnen dat van zichzelf zeggen? Ik snap dat dankbaarheid onmogelijk is als er een groot verdriet is in je leven. In mijn leven bestaan alleen kleine ongemakken. Waarom mopper ik dan? Maar mijn vrouw begrijpt het niet.’

Toen ik het verhaal hoorde dacht ik: ‘Wat een rare.' Maar nu denk ik: Dit is eigenlijk een slimme strategie. Hij dwingt zichzelf te kijken naar wat hij wel heeft en hij is wat vaker simpelweg gelukkig. Een onderwerp voor de volgende keer dat ik met vrienden op een terras zit: ‘Hoe ben ik wat vaker simpelweg gelukkig?'


Pastoor Rochus Franken