Kwaken is zingen

Het is heerlijk weer om buiten te zijn. De zon schijnt uitbundig, alles bloeit en groeit en ik zie mensen weer genieten. Bij ons in de polders van Poelgeest kun je prachtig wandelen. Het is hier een ware kraamkamer van ganzen, eenden, futen en kieviten. De ganzen laten soms duidelijk merken dat dit hun territorium is en blazen je weg als je te dicht bij hun jongen komt. Ook de lepelaar en de grutto komen hier graag foerageren. Wanneer ´s avonds laat de zon ondergaat, dan zie je steeds minder, maar hoor je des te meer. Een bijna oorverdovend gekwaak van kikkers. De opgeblazen mannetjes kunnen het niet laten om hun aanwezigheid stevig kenbaar te maken, om zo de vrouwtjes te lokken. Terwijl ik dit schrijf, einde van de middag, zijn er al weer een paar begonnen. Ik kan er wel van genieten zo´n gratis concert uit de natuur. Maar er schijnen ook mensen te zijn die zich storen aan dit gekwaak. Zij zijn de eersten niet, zo lees ik in een boek over Groene Theologie van Trees van Montfoort.


Ze begint haar boek met de volgende legende over de heilige Benno en de kikkers:

De man Gods [de heilige Benno] ging vaak de natuur in om te bidden en te mediteren. Op een keer toen hij langs een moeras kwam, was er een spraakzame kikker aan het kwaken in het troebele water. Om te voorkomen dat die zijn contemplatie zou verstoren, beval hij hem om een Serafische te zijn, aangezien alle kikkers van Serafia stom zijn. Maar toen hij een stukje doorgelopen was, schoten hem de woorden te binnen van Daniël: 'Zeemonsters en al wat in het water zwemt, prijs de Heer, dieren in het wild en al het vee, prijs de Heer.' En omdat hij bang was dat het zingen van de kikkers misschien aangenamer was dan zijn eigen bidden, richtte hij zijn bevel weer tot hen, dat zij God zouden prijzen op hun eigen manier. En spoedig waren de lucht en de velden vervuld met hun luid gekwaak.'


Blijkbaar is de ergernis over het gekwaak iets van alle tijden en hebben zelfs heiligen er last van. De kunst is om er anders naar te leren luisteren. Kwaken is zingen. Dat zelfde geldt misschien wel voor het gekwaak van ons mensen waarmee onze aanwezigheid kenbaar maken. Ieder mens prijst God op zijn of haar eigen manier. Maar dat is weer een ander verhaal...


ds. Rian Veldman