Voorbije wereld?

De laatste weken is er veel aandacht voor een groep die extra hard door het coronavirus is geraakt: rooms-katholieke religieuzen. In veel kloosters heeft Covid-19 genadeloos toegeslagen. In het Brabantse Schijndel, waar ik ben opgegroeid, overleden 10 zusters aan het virus. En ook hier dichterbij, in Voorschoten, overleden 4 zusters en een broeder. Verwonderlijk is dit niet. De meeste religieuzen zijn ver boven de 80 jaar. Hun kloosters zijn veelal verpleeginrichtingen geworden. En dat bleken extra kwetsbare locaties.

Religieuzen zijn de afgelopen jaren steeds meer uit het straatbeeld verdwenen. Sinds de jaren zestig is de aanwas van de orden en congregaties vrijwel tot stilstand gekomen en was er een grote mate van vergrijzing. Bovendien waren de religieuzen steeds minder herkenbaar aan hun habijt. De meesten staken zich in burgerkleding. De secularisatie heeft tot gevolg gehad dat veel mensen zijn vergeten wat voor een grote betekenis deze zusters, broeders en paters hebben gehad voor onderwijs en zorg. Veel scholen en ziekenhuizen zouden niet hebben bestaan zonder hun inzet. Natuurlijk is er de afgelopen jaren ook kritiek gekomen op misstanden. Maar dat neemt niet weg dat er heel veel goed is gegaan, en dat de religieuzen in belangrijke mate hebben bijgedragen aan de emancipatie van het katholieke bevolkingsdeel. De nu zo zwaar getroffen zusters van Schijndel hebben hele generaties onderwezen. Persoonlijk kijk ik nog altijd dankbaar terug op mijn opleiding bij de paters Norbertijnen.

Ook hier in Oegstgeest hebben de Zusters Franciscanessen vele jaren weeskinderen opgevangen en onderwijs verzorgd vanuit hun klooster aan de Rhijngeesterstraatweg. Later is datzelfde gebouw in gebruik genomen door katholieke missionaire organisaties. Deze hadden onder meer de zorg voor de duizenden religieuzen die in de vorige eeuw naar de Derde Wereld zijn uitgezonden. Ook daar hebben zij bijgedragen aan zorg, onderwijs en bewustmaking. Meerdere oud-missionarissen hebben zich in die jaren in Oegstgeest gevestigd. Hun aanwezigheid heeft zeker een stempel gedrukt op parochie en dorp.

Nu zijn de meeste religieuzen hoogbejaard en treft velen het trieste lot te overlijden aan dat ‘rotvirus’. Dat is zeer tragisch. Maar wij mogen hen dankbaar blijven voor hun blijvende erfenis. In die zin zijn de religieuzen geen voorbije wereld.

Koos van der Bruggen