ASC-optocht naar Overveer
sport n Cricket- en voetbalvereniging ASC is op zaterdag 26 augustus definitief verhuisd van het oude complex aan de Duivenvoordestraat naar het gloednieuwe sportpark Overveer.
Door Wim van Tuijl
Jaren van afwegen, overleggen en vervolgens procederen gingen eraan vooraf. Uiteindelijk gaf de Raad van State tot grote vreugde van ASC groen licht voor de aanleg. Zaterdag was het moment van verhuizing aangebroken. Extra feestelijke impuls was de viering van het 125-jarig jubileum van de vereniging, die in en rond het nieuwe clubgebouw plaatsvond.
De overgang kreeg een praktische symboliek. Om 11.30 uur vertrok een grote groep ASC-ers vanaf het oude sportterrein achter de show en marchingband Kunst en Genoegen richting sportpark Overveer, gelegen aan de Abtspoelweg. Het boek van 104 jaar sporten aan de Duivenvoordestraat werd gesloten.
Een lang rood-zwart lint trok door de straten die het oude complex omzoomden. Symbool van afscheid van de bewoners aldaar. Eli Dettmer die het langst lid is (sinds 1953), mocht het oude ASC-vaandel dragen. Op het veel grotere sportpark Overveer hoeven thuiswedstrijden niet meer bij andere verenigingen te worden afgewerkt en, ook zeer belangrijk, na 42 jaar worden voetbal en cricket herenigd op één en hetzelfde sportcomplex.
Aangekomen op de nieuwe locatie volgde de openingsceremonie. Locoburgemeester Wendelien Tönjann en wethouder Jos Roeffen waren namens de gemeente aanwezig. Onder de genodigden was ook de Commissaris van de Koning van Zuid-Holland, Jaap Smit; zelf woonachtig in Oegstgeest.
Op spectaculaire wijze verscheen de sleutel voor de openingshandeling. Parachutisten landden met de sleutel op het hoofdveld. Dick de Bock, voorzitter van de Stichting Beheer Sportpart Overveer, benadrukte de goede samenwerking tussen stichting en bouwbedrijven, en prees mede-stichtingsleden Wijnand Klaver, Bart van der Poel, Rick Verhaar en Hans Juffermans voor hun grote inspanningen. "Tien maanden na het slaan van de eerste paal is dit fraaie sportpark gerealiseerd", sprak hij.
Lees verder op pagina 19