Hotze de Jager, de oudste marinier van Nederland, wordt door mede-mariniers ontvangen. | Foto Willemien Timmers
Hotze de Jager, de oudste marinier van Nederland, wordt door mede-mariniers ontvangen. | Foto Willemien Timmers Foto: Willemien Timmers

Oudste marinier in het zonnetje

geschiedenis n De in Oegstgeest opgegroeide Hotze de Jager, de oudste marinier van Nederland, heeft op woensdag 28 september de musical Soldaat van Oranje in Valkenburg bezocht.

Het uitje was een complete verrassing voor De Jager, die tegenwoordig in Doorn woont. Het bezoek aan de musical was een cadeau van zijn broeders van het marinierskorps ter ere van zijn honderdste verjaardag, afgelopen juli.

Voorafgaand aan de voorstelling werd De Jager ontvangen met een erehaag van mariniers, die allen de militaire groet brachten. Zichtbaar genietend gaf Hotze de Jager, wiens geheugen voor 'de dingen van vroeger' niet achteruit is gegaan, al zijn veel jongere 'broeders' een hand voor de ingang van de theaterhangaar. Oud-mariniers uit het hele land, zo'n 25 in het totaal, hadden er een flinke rit voor over om hun oudste 'buddy' in het zonnetje te zetten: eens een marinier, altijd een marinier is immers hun motto.

Hotze de Jager werd op 6 juli 1916 geboren in Voorschoten, maar het gezin verhuisde al vrij snel naar Oegstgeest. Daar groeide hij op aan de Terweeweg, en ging naar de Hervormde Julianaschool aan de Endegeesterstraatweg. "Bij meester van der Meene," weet de Jager zich te herinneren.
Op zijn achttiende besloot hij bij de landmacht te gaan, maar daar vond hij 'weinig aan'. Na een eervol ontslag meldde hij zich in 1935 bij het korps Mariniers. Direct na zijn opleiding vertrok De Jager in 1936 naar het voormalige Nederlands Oost-Indië met plaatsing te Soerabaja.
Als Marinier 1e klasse voer Hotze de Jager in april 1940 (als één van de laatste mariniers) terug naar Nederland met de Ms. Indrapoera. Het schip bracht hem tot Port Said waar de vraag rees of in verband met de dreigende omstandigheden in Europa doorvaren nog wel verantwoord was. Ondanks alle geruchten werd de reis toch voortgezet tot Genua in Italië. Toen kon de Ms. Indrapoera echt niet verder. Een treinreis bracht de Jager tenslotte via Frankrijk naar Rotterdam en later naar Den Helder.
Eindelijk mocht hij op 10 mei 1940 naar Oegstgeest voor tropenverlof. Tijdens de busreis naar Alkmaar werd de bus getroffen door Duitse bommen, en raakte De Jager ernstig gewond aan zijn borst en schouder. Later werd zelfs een long verwijderd. Dat was het begin van een heel heftige oorlogstijd voor De Jager, omdat hij, als beroepsmilitair, constant op de vlucht was voor de Duitsers. "Die jaren vergeet je nooit. De hele oorlog moest ik mij verstoppen en was ik op de vlucht. Tweemaal ben ik zelfs ontsnapt aan gevangenschap. Ik ging haast kapot."

Helaas waren De Jagers lichamelijke verwondingen dermate erg dat er na de bevrijding van Nederland van voortzetting van zijn diens loopbaan bij het Korps Mariniers en opnieuw uitzending naar de tropen geen sprake meer kon zijn. Uiteindelijk kwam hij in 1945 bij de Koninklijke Landmacht terecht in een technische functie als burger militair tekenaar. In 1961 werd hij door het Ministerie van Defensie, na plaatsing te Den Haag en Leiden, overgeplaatst naar het Opleidingscentrum Infanterie te Harderwijk, waar hij tot eind mei 1976 werkzaam bleef en op 62-jarige leeftijd met pensioen ging.

Hotze de Jager was voor de bevrijding al betrokken bij het idee tot het oprichten van een stichting die opvang na de oorlog zou moeten regelen van die militairen die beschadigd uit de oorlog kwamen. De Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en Dienstslachtoffers (BNMO) werd in 1945 opgericht.


Lezing Plastic-Soup-Surfer Merijn Tinga

duurzaamheid n Het in juni opgerichte platform Duurzaam Dorp Oegstgeest organiseert haar eerste duurzaamheidcafé toepasselijk op de Dag van de Duurzaamheid, 10 oktober. Inspirator op dit duurzaamheidcafé is bioloog en kunstenaar Merijn Tinga, beter bekend als de Plastic Soup Surfer.

Merijn is bioloog en kunstenaar en richt zich op de problemen die plastic zwerfafval in de wereld veroorzaken: op het land, in het water, als Plastic Soup. Hij wil een plastic free sea bereiken. Tinga ontleent zijn bijnaam aan een kunstwerk dat hij maakte in de zomer van 2014: een surfboard van plastic afval dat hij op het strand vond. Afgelopen zomer maakte hij een board in de vorm van een PET-fles, gemaakt van flessendoppen en zwerf PET-flesjes. Daarmee wilde hij in recordtempo naar Engeland surfen om aandacht te vragen voor de grote negatieve gevolgen van plastic afval. Op 5 oktober gaat in het Omniversum in Den Haag de documentaire in première die van zijn recordpoging is gemaakt. Maar daar blijft het niet bij. Merijn Tinga is ook - samen met de Plastic Free Seas Foundation- een burgerinitiatief gestart om het aandeel PET-flesjes dat als zwerfvuil via rivieren en zeeën in ons milieu terechtkomt, terug te dringen.

Na afloop is er gelegenheid om samen te praten over Oegstgeester duurzaamheidactiviteiten die in ons dorp spelen, of worden voorbereid. Dit zijn onder andere de laatste plannen voor de gemeenschappelijke KPN-tuin, de maandelijkse duurzame maaltijd, afval en biodiversiteit.

Eén van de mensen die in het tweede deel van de avond met inwoners in gesprek wil over concrete stappen ter verduurzaming is Peter Hoogvliet, directeur van stichting MeerWonen. Met 15% van het aantal Oegstgeester woningen in Oegstgeest in bezit is MeerWonen wat je noemt een belangrijke speler.

Op 10 oktober is iedereen vanaf 19.30 van harte welkom in de grote zaal van het Dorpscentrum om te komen luisteren en kijken.

Afbeelding
Afbeelding