Ruben Schouten mag gaan keepen bij Feyenoord

Zijn ouders zijn apetrots op hem, net als heel FC Oegstgeest: Ruben Schouten (7) traint sinds kort als keeper mee bij het grote Feyenoord, en zal na de zomer ook wedstrijden gaan spelen bij de JO9-1 van de Rotterdamse club.

Toen hij vier jaar oud was, liep Ruben al op de voetbalvelden van Vv UDO rond. Onder leiding van trainer Wout de Graaf zette hij zijn eerste voetbalstappen bij de Ukkies. Toen hij iets groter was, ging hij in het doel staan bij de ‘jongens onder 8’. “Ik kon nog niet echt voetballen, daarom ging ik maar keepen”, vertelt een vrolijke Ruben.

Het keepen heeft hij van geen vreemde. Zijn vader Fabian, een rasechte Oegstgeestenaar, is ook altijd keeper geweest bij diverse clubs in de regio. Zo was hij doelman bij het eerste van Rijnsburgse Boys, bij FC Rijnvogels en bij Vv UDO. Moeder Saskia heeft ook sportieve genen ingebracht. Zij hockeyde als tiener ‘hoog’ en was in haar studententijd lid van LOHC. Zus Kaylee is net als haar kleine broers lid van FC Oegstgeest, en heeft veel lol in het keepen in de MO13-2.

Rubens grote broer Jayden, die ook niet onverdienstelijk speelt, voetbalt samen met hem in de JO9-1 van FC Oegstgeest. “Dat is echt een superteam, dat in de hoofdklasse speelt”, vertelt Fabian. “Dat is echt heel uitzonderlijk. Vandaar dat er wel eens scouts aanwezig zijn bij wedstrijden. Aan het begin van dit jaar werd Ruben zowel door Ajax als door Feyenoord gevraagd om bij hen te komen voetballen.” Een heel bijzondere situatie voor het pas zeven jaar oude Oegstgeester voetballertje. “Ik heb gekozen voor Feyenoord”, lacht de sympathieke en nuchtere Ruben. “Ik voelde me daar het meest thuis. Het is een heel warme club.”

Ruben komt per 1 juli in dienst bij Feyenoord ‘Jongens Onder 9’. “Ja”, lacht Saskia. “Je gaat echt al een verbintenis aan.”

De trainers in Rubens omgeving staan telkens te kijken van alles wat het jonge ventje in huis heeft. “De gedrevenheid en het talent heeft hij echt van zijn vader”, lacht zijn moeder.

“Je ziet hem echt nadenken bij elke oefening die we doen”, zegt FCO-keeperstrainer Rob Heemskerk. “Hij is veruit de jongste bij die training. De keeper die qua leeftijd op hem volgt, is tien. Het mooie van Ruben is, is dat hij geen lui talent is, maar heel hard werkt. Hij heeft een hoge voetbalintelligentie, en wil echt meters maken. Geweldig om hem telkens zo gedreven bezig te zien. Van begin tot eind laat hij inzet zien. Ik geef al twintig jaar keeperstraining, maar hij heeft echt iets bijzonders!”

Tot enkele weken geleden, voordat het coronavirus ons land platlegde, trainde Ruben naast zijn trainingen en wedstrijd bij FCO, eenmaal per week bij Feyenoord. Vanaf april zou dat driemaal in de week worden, maar die trainingen zijn nu vervallen. In het nieuwe seizoen zal hij drie dagen in de week naar Rotterdam gaan om te trainen. Daarnaast speelt hij natuurlijk de wedstrijden mee. Ook zal hij op reis gaan om internationale toernooien te spelen.

“Je leven wordt echt anders als gezin”, legt Fabian uit. “Ruben gaat een topsport leven leven.” De trainingen zelf zijn van vijf tot zeven, maar met de daarbij behorende reistijd, is hij van drie tot acht weg. “Dat is pittig, dat hebben we nu al ondervonden”, vertelt Saskia. “Op normale dagen gaat hij om zeven uur naar bed, dus als we thuiskomen van de training gaat hij direct naar boven.”

Vraagt zo’n leven als topsporter niet erg veel van een jonge jongen? “Hij vindt het gewoon heel erg leuk om te doen, en trekt het sociaal ook prima”, legt Fabian uit. “Een kind dat VWO kan, stuur je ook niet expres naar het VMBO. We gaan er gewoon van genieten. Het geeft niet als hij weer terug zou komen bij FC Oegstgeest. Daar is het ook erg goed. Ruben wil heel graag de beste worden, en dat is een nobel streven – toch? Bovendien hebben ze bij Feyenoord erg fijne trainers, waar we veel vertrouwen in hebben. Ook zij hebben uitgebreid met hem gepraat, en geven aan dat hij een uitzonderlijke jongen is, vanwege zowel zijn sociale- als zijn keeperstalenten.”

Ruben kan niet wachten tot hij weer het veld op mag, en heel Oegstgeest gaat hem daarbij volgen.

(Willemien Timmers)